Nieuwsbericht

Brief voortgang Werkagenda mbo naar Tweede Kamer

Profielfoto van Andries Knol
18 juli 2024 | 2 minuten lezen

Woensdag 17 juli is de voortgangsbrief Werkagenda mbo en Stagepact naar de Tweede Kamer gestuurd.

Ook is er een startrapportage meegestuurd. Voor docenten en instructeurs is vooral startrapportgae 3 erg interessant. In deze bijdrage focussen we ons op onderdeel 4 uit deze startrapportage "Aantrekkelijkheid werken in het mbo". Morgen nemen we onderdeel 2 en 3 onder de loupe (de basisvaardigheden).

Opvallende zaken uit de startrapportage 3 onderdeel 4 zijn:

- In totaal zijn er in 2023 ongeveer 35 duizend docenten werkzaam in het mbo, die samen ongeveer 27 duizend fte formatie vullen. De totale personeelsomvang in het middelbaar beroepsonderwijs is 47,5 duizend fte. Van alle docenten in het mbo die langer dan een jaar in dienst zijn heeft in 2022, 88% een vast contract, dit was vijf jaar daarvoor 91%. Een afname dus.

- Het gemiddelde aandeel docenten in de schalen LC en LD schommelde de afgelopen vijf jaar rond de 47%. Onder dit gemiddelde landelijk beeld zitten grote verschillen tussen instellingen. Er zijn instellingen waarbij dat aandeel in 2023 onder de 20% of boven de 70% ligt. Ook in de randstad (waar meer extra gelden beschikbaar waren) zijn deze verschillen zichtbaar (24% - 78%). 

Bijzonder, als 70% LC/LD financieel mogelijk is, waar is dat geld dan aan uitgegeven bij instellingen die onder de 20% zitten?

- Bij de ene instelling zijn alle instructeurs (in 2023) ingeschaald in schaal 7, bij anderen juist allemaal in schaal 8. Bij een op de vijf instellingen is de meerderheid van de instructeurs in schaal 9 ingeschaald.

- Het percentage onderwijsgevend personeel per instelling dat (veel) te hoge werkdruk ervaart, varieert tussen de 30% en 67%. Hoe hoger de ervaren werkdruk, hoe lager het rapportcijfer voor ontwikkelingsmogelijkheden binnen de instelling.

- Het aantal vacatures in het mbo is in de afgelopen tien jaar verdubbeld, waarbij in 2022 43% van de vacatures voor docenten was. Mbo-instellingen zijn het meest op zoek naar docenten Nederlands, Zorg en welzijn, Economie en handel, Metaal, elektro en overige materiaaltechnieken, en Wiskunde. Een groot deel van de instroom van docenten in het mbo is niet afkomstig van de lerarenopleiding maar van het bedrijfsleven.

- Het aantal zij-instromers in het mbo groeit. Voor het beroep van docent in het mbo is het aantal zij-instromers zowel dit jaar als vorig jaar groter dan het jaar ervoor.

- De trendrapportage arbeidsmarkt leraren po, vo en mbo (OCW, 2023) zien dat het verloop van personeel in het mbo hoger is dan in het po en vo. In 2022 was het gemiddelde percentage leraren dat de sector verliet in het po 6,1%, in het vo 7,7% en in het mbo 9,1%

- Het gemiddelde cijfer op de stelling ‘Ik blijf graag de komende 1 tot 2 jaar bij de mbo-instelling werken’ is in 2022 een 7,8.

- Onderwijsgevenden met een dienstverband korter dan 2 jaar geven gemiddeld een lager cijfer dan andere personeelsgroepen (management en ander ondersteunend personeel).