Naar een eigen kwaliteitsmodel in het mbo
Donderdag 6 juni organiseerde het Kwaliteitsnetwerk mbo een kwaliteitstafel over het referentiewaardenmodel. Doel was om op te halen hoe betrokken partijen tegen het model aan kijken en welke feedback zij aan het netwerk willen meegeven voor de verdere doorontwikkeling van het gedachtegoed.
Door van elkaar te horen hoe de betrokkenen erover dachten, ontstonden ook nieuwe dwarsverbanden. Iedereen kon open en eerlijk bedenkingen delen. Uitgenodigde partijen, waren OC&W, de Onderwijs Inspectie, MBO Raad, BVMBO, NVAO, VNO/NCW en JOB MBO.
De BVMBO vindt het positief dat teams eigenaar worden van hun eigen kwaliteit. Ook de introductie van Peer Review en de Dialoogtafels als professionele gereedschappen zien we als een goede ontwikkeling.
Toch hebben we ook wel een aantal kritische punten. Zo is de georganiseerde beroepsgroep in het proces te weinig meegenomen. We hebben bij de start van de proeftuinen bij dit onderwerp aangegeven dat het goed zou zijn om met de BVMBO de proeftuinen te volgen. Via MBO Connect zouden dan alle docenten dit proces kunnen volgen. Helaas heeft het Kwaliteitsnetwerk dit niet ondersteund.
Verder hebben we ook een aantal aandachtspunten:
- Het is lastig om een systeem wat goed werkt in het WO, in het mbo toe te passen
- Verder is een dergelijk iets ook in het hbo geïntroduceerd, waar dit tot grote problemen leidde en tot veel aanvullende eisen van de NVAO
- Is dit om de Onderwijs Inspectie op afstand te zetten, dat zou een zorgelijke insteek zijn
- De resultaten kunnen natuurlijk wel ‘meegewogen’ worden door de OI
- Als dit geïntroduceerd wordt in het mbo, dan zou het 'in plaats van' moeten. Bijvoorbeeld in plaatst van de interne audits
- Wat is de rol van OR, wanneer deze methode in de instellingen geïntroduceerd wordt
- Is er ruimte voor onderwijsteams binnen een instelling om een andere manier van kwaliteitszorg te kiezen
- Dat de teams in deze methode eigenaar worden van hun eigen kwaliteitscontrole is positief, maar dan zouden er vooraf wel afspraken gemaakt moeten worden over de facilitering. Dit alleen als "aandachtspunt" benoemen is niet voldoende.
In het rapport staat onder andere "Het perspectief in relatie tot het toezicht van de onderwijsinspectie moet nog scherper worden. Het gaat hierbij vooral om de invulling van de ruimte voor proportionaliteit bij de uitvoering van toezicht door de onderwijsinspectie als de sector werkt met dit gedachtegoed".
Dit kan niet alleen een beslissing zijn van OC&W, OI en MBO Raad wat ons betreft, hier moet ook de georganiseerde beroepsgroep bij betrokken zijn. We merken dat we als beroepsgroep mogen reflecteren, maar buiten alle besluitvorming gehouden worden. Dat is een verkeerde route wat ons betreft.
We zien echt wel voordelen van deze aanpak en staan er dus positief in, alleen wel met bovenstaande in het achterhoofd.
Meer informatie over het referentiewaardenmodel is hier te vinden